Mythes over watergedragen lakken voor buitentoepassingen
Mythe 1: Watergedragen lakken drogen te snel
Watergedragen lakken drogen inderdaad sneller dan hun solventgedragen tegenhangers, maar daar hangt een belangrijk economisch voordeel aan vast: in veel gevallen kan de vakman de tweede laag nog dezelfde dag aanbrengen. De werken kunnen dus sneller en/of met minder mankracht worden uitgevoerd, wat een gunstig effect op de kostprijs heeft. Er zijn geen onoverkomelijke barrières om met watergedragen lakken aan de slag te gaan. “Professionele schilders kunnen zich desgewenst kort bijscholen om de schildertechniek voor watergedragen lakken onder de knie te krijgen”, stelt Emiel Balliauw, technical expert bij Sikkens. “Ook belangrijk: gebruik uitsluitend borstels en rollen die speciaal voor watergedragen lakken zijn ontwikkeld. Zet deze met aangedroogde verf even in een pot met water en werk verder met een tweede exemplaar.”
Mythe 2: Watergedragen lakken geven inferieure afwerking
Watergedragen lakken voor buitentoepassingen hebben geen inferieure afwerking in vergelijking met solventgedragen lakken. Quasi elke buitentoepassing kan zowel met water- als solventgedragen lakken worden uitgevoerd. Volgens Emiel Balliauw zijn er wel enkele aandachtspuntjes: “Een watergedragen lak blijft toch meer watergevoelig dan een solventgedragen lak. Dat is vooral belangrijk voor horizontale delen die buiten staan, want daar kan na een regenbui water op blijven staan. Het is te vermijden dat de regen op termijn toch doorheen de watergedragen lak geraakt.”
Hoe kunnen we vermijden dat water toch tot in het houtwerk komt? “Dat kan door te starten met een solventgedragen lakprimer, solventgedragen beits of grondeerlaag. De solventgedragen laag zorgt ervoor dat er geen water tot in het houtwerk dringt.”
Watergedragen lakken vragen ook niet meer onderhoud, maar wel een betere periodieke opvolging. “Bij een watergedragen systeem is het belangrijk om de zwakkere delen iets beter, sneller en kordater op te volgen. Wanneer de lak ergens loskomt of beschadigd is, zal het verdere degradatieproces sneller gaan dan bij een solventgedragen systeem. Zo raden we aan om periodiek na te gaan of de scherpe kanten van de behandelde constructie geen kleine beschadigingen vertonen.”
Mythe 3: Watergedragen lakken zijn duurder
Volgens onderzoeken van Sikkens bieden watergedragen lakken een beter kleur- en glansbehoud in de tijd én ze zijn niet duurder. “Voorschrijvers kunnen rekenen op een duurzaam eindresultaat dat kwalitatief minstens even goed is. Bovendien kan dat ook aan een lagere prijs: de verwerkingstijd is korter, maar ook de kostprijs is voordeliger.”
Mythe 4: Watergedragen lakken doen behandeld hout rotten
Veel professionals en voorschrijvers geloven nog steeds dat watergedragen lakken een nefaste impact op hout hebben, een mythe die dateert uit de beginfase van deze producten. “Toen was het moeilijk om dergelijke lakken op een ijzeren ondergrond aan te brengen. Dit toenmalig probleem is zijn eigen leven beginnen te leiden en ook veralgemeend naar andere materialen, waaronder hout.”
Het water van watergedragen lakken verdampt immers na de applicatie, met als gevolg dat enkel het bindmiddel, de pigmentatie, de vulmiddelen en de beschermende additieven voor de bescherming van het hout zorgen. “Sommige houtsoorten bevatten weliswaar inherente wateroplosbare bestanddelen. In dat geval is het aangeraden om een solventgedragen primer aan te wenden of te kiezen voor watergedragen producten die deze bestanddelen kunnen isoleren of blokkeren.”
Mythe 5: Watergedragen lakken dragen niet bij aan duurzaamheidsdoelstellingen
Dit is de meest foute mythe van allemaal. Watergedragen lakken bevatten echter geen white spirit of terpentine, waardoor hun VOS-gehalte veel lager ligt. “Bij bouwprojecten die streven naar een hoge duurzaamheidsnormering wordt vaak niet gedacht aan de impact van verven of lakken”, verduidelijkt Emiel Balliauw. “Nochtans kan dit ‘the missing link’ zijn in het behalen van duurzaamheidscertificaten. Watergedragen toepassingen zijn een meerwaarde in zowel de ontwerp- als de uitvoeringsfase. De geurbelasting is nihil en er zijn ook geen oplosmiddelendampen, wat zowel voor de schilder als de natuur interessant is.”
Bron: AkzoNobel/Sikkens