Structuur op de muur aanbrengen: wat zijn de mogelijke technieken?
Licht/donker-effect
Echte textuur- of structuurverf is een pasta-achtige substantie die dikker is dan verf maar dunner dan gipspasta. Doorgaans is het een klassieke latexverf met fijne of grove zandkorrels in. Hoe grover de verf, hoe duidelijker de structuur, dat spreekt voor zich. Structuur op muren of plafonds creëert kleine schaduwen door de pieken en dalen van de textuur. Het licht/donker-effect verbergt onvolkomenheden in het oppervlak, zoals zichtbare naden, uitstulpingen, putjes of scheurtjes. Structuurverf heeft één nadeel: het verwijderen en de muur weer glad te maken is een best lastige karwei. Maar ook met gewone verf en een beetje handigheid kan men ‘structuur’ op de wand aanbrengen.
Rollen
Er zijn verschillende afwerkingsmogelijkheden. Met een popcorn-textuur creëer je met een speciale roller een grof ogend reliëf dat grote muurimperfecties verbergt, maar dan weer minder makkelijk te schilderen is met een klassieke muurverf. Je kunt ook kiezen voor een iets gladdere, afgevlakte, meer ‘gemarmerde’ knockdown-textuur die gemakkelijker te schilderen is met een structuurroller of blokborstel en eventueel een gipsplaatmes. De nog lichtere sinaasappelschil-textuur komt het dichtst in de buurt komt van een vlak muuroppervlak.
Spatelen
Andere mogelijkheden zijn de spateltechniek, waarbij klassieke verf met een spatel verspreid wordt op de muur, wat zorgt voor een gevarieerd en organisch uitziend patroon. Vandaag is deze retrotechniek terug in omwille van het nostalgische gevoel. De spateltechniek zorgt voor een natuurlijke uitstraling. Zigzag bewegingen op de muur zorgen bijvoorbeeld voor een subtiele variatie over heel de muur. De spateltechniek bij schilderwerken is niet hetzelfde als bij structuurverf of regulier stucwerk, waarbij ook een spatel wordt gebruikt om pleister aan te brengen, maar het eindresultaat meer reliëf crëeert. Een andere optie is de sleeptechniek, waarbij eerst een egale laag wordt geschilderd. Vervolgens beweegt men door de nog vochtige verf met een grote kam. Wanneer deze laag gedroogd is, volgt er een tweede verflaag. Het uiteindelijke resultaat geeft een gevoel van eerder subtiele, maar levendige kleurverschillen. Bij de zandwervel-textuur wordt zand gebruikt om een ruwe textuur te maken. Het resultaat zijn halve cirkels die beweging aan de muur toevoegen.
Sponsen / tamponneren
Een klassieker is de spons- of tamponneertechniek die heel eenvoudig uit te voeren is. Gebruik hier wel een plantaardige spons, andere sponsen geven niet hetzelfde resultaat. Er wordt gewerkt met twee verschillende kleuren: een basisgrondlaag (primer) en een tweede laag verf in een donkere of lichte kleur die al deppend wordt aangebracht met de spons. De kleur van die tweede laag moet wel sterk contrasteren met de eerste kleur op de muur. Een egaler effect kan door een cirkelbeweging te maken met de spons. Tamponneren kan niet ook met een stugge borstel of doek die net als bij de spons in een deppende beweging op een oppervlak wordt aangebracht. Het doel is altijd een subtiele, vaak ‘zachtere ‘en luchtige textuur te creëren die minder evident is met een klassieke kwast.
Sponsen / tamponneren
Een klassieker is de spons- of tamponneertechniek die heel eenvoudig uit te voeren is. Gebruik hier wel een plantaardige spons, andere sponsen geven niet hetzelfde resultaat. Er wordt gewerkt met twee verschillende kleuren: een basisgrondlaag (primer) en een tweede laag verf in een donkere of lichte kleur die al deppend wordt aangebracht met de spons. De kleur van die tweede laag moet wel sterk contrasteren met de eerste kleur op de muur. Een egaler effect kan door een cirkelbeweging te maken met de spons. Tamponneren kan niet ook met een stugge borstel of doek die net als bij de spons in een deppende beweging op een oppervlak wordt aangebracht. Het doel is altijd een subtiele, vaak ‘zachtere ‘en luchtige textuur te creëren die minder evident is met een klassieke kwast.
Structuurverf aanbrengen
- Ondergrond voorbereiden: controleer (na het afplakken van deuren, raamomlijstingen, …) eerst de toestand van de aanwezige (oude) verflaag en verwijder indien nodig. Om zeker te zijn van een goed resultaat kan er eerst een voorstrijklaag worden geplaatst. Zorg ervoor dat de voorstrijk volledig droog is voordat je de structuurverf aanbrengt.
- Werk net als bij gewone muurverf in banen van links naar rechts en van boven naar beneden.
- Als je de verf in twee lagen aanbrengt, zet dan eerst de vlakke verf met een gewone (vlakke) rol of borstel. Pas daarna plaats je de structuurverf met de speciale structuurverfroller.
- Doe je het in één laag, breng dan met een structuurroller (zonder verf) of blokborstel de gewenste textuur aan terwijl de verf nog nat is. Zodra de verf droog is, kan een structuureffect niet meer aangebracht worden. Met een roller krijg je een gelijkmatig structuureffect, met een blokborstel of spons kun je gemakkelijk(er) halve maanpatronen maken of tamponneren.
Structuurverf is meestal wit of beschikbaar in een beperkt aantal basiskleuren. Na het aanbrengen kun je deze relatief gemakkelijk overschilderen in een andere kleur.
Enkele tips
- Werk een hele muur in één keer af, anders ontstaan er kleurverschillen.
- Werk snel om te vermijden dat de aangebrachte verf opdroogt. Is de verf desondanks toch (te) droog, verf de muur opnieuw. Nieuwe verf op de roller geeft niet hetzelfde resultaat.
- Werk met een zuivere rol. Pluisjes kunnen tijdens het verven loskomen en op de muur achterblijven. Pluisjes van de rol verwijderen kan met behulp van schilderstape.
- Om een goede zichtbare structuur te creëren is doorgaans behoorlijk wat verf nodig. Wees dus niet te zuinig met verf. Te weinig verf droogt sneller op en dat resulteert in weinig textuur op de muur.
Structuurverf verwijderen
Oude structuurverf verwijderen om de muur opnieuw glad te schilderen of te behangen kan door te schuren, te stomen of de wand te egaliseren:
- Schuren kan perfect met behulp van een baksteen (om te beginnen). Als de baksteen over het ruwe oppervlak beweegt, komen de grove korrels los. Zet daarna de muur glad met een schuurmachine en schuurpapier met een grove korrel.
- Stomen kan met een behangafstomer in combinatie met een plamuurmes voor het wegnemen van de grovere korrels. Voor de fijnere korrels kan dat niet zonder schade te maken aan de ondergrond. Na het drogen kan dat wel met een schuurmachine of met een (dun) laagje egaliseerpasta.
- Egaliseren kan zowel met een aangepaste egaliseerpasta of door een dun laagje te pleisteren. Let er wel op de ondergrond eerst te reinigen/ontvetten en lichtjes op te schuren. Bij een poederende of zuigende ondergrond is het aan te raden eerst een laagje voorstrijk aan te brengen.