Het wereldwijde spel van grondstoffen: wat brengt de toekomst voor de verfindustrie?
De huidige grondstoffenproblematiek noopt de verfindustrie tot ongehoord snelle creatieve ingrepen en een hoge mate aan flexibiliteit. Bedrijven moeten hun technisch en economisch potentieel ten gronde aanspreken en leren pas nu hoe hun leveranciers en partners ‘echt’ zijn. Veel actoren vragen zich nu af wat precies de oorzaken van deze ongekende situatie in de chemische industrie zijn en, nog prangender: wat brengt de toekomst? Jorge Prieto, CEO van 3P - International Coatings Consulting, formuleerde een uitgebreid antwoord op deze complexe materie.
Langetermijnstrategie van China
Prieto verwijst in de eerste plaats naar het zeer snelle ‘V-vormige’ economische herstel van China in 2021 en de daarmee samenhangende stijgende vraag naar belangrijke grondstoffen. Die vraag is de reden waarom de beschikbare grondstoffen Europa niet eens bereiken, maar in Azië worden verkocht en dat tegen aanzienlijk hogere prijzen. De situatie wordt nog verergerd door de door de staat gecontroleerde exportverboden van bepaalde grondstoffen uit deze regio. China is sinds 2019 de grootste chemieproducent ter wereld, goed voor +/- 40,6% van de wereldwijde verkoop. De Europese chemische industrie is de afgelopen jaren wereldwijd blijven dalen en bedroeg in 2019 slechts 14,8 %.
De huidige hausse in de Chinese petrochemische industrie is voornamelijk te danken aan de productie van ethyleen uit nafta en vooral van goedkoop ethaan via het steam cracking proces. Voor de productie van vinylacetaat – polyvinylacetaat is een synthetisch polymeer en een belangrijk bindmiddel voor verf – is er (onder meer) ethyleen nodig. In tegenstelling tot Europa mikt de Chinese industrie (en overheid) op een langetermijnstrategie van onafhankelijkheid van de rest van de wereld voor zijn chemische nijverheid.
Met andere woorden: China zoekt (en houdt) chemische grondstoffen graag in eigen hand/land om de honger van de eigen bedrijven te stillen. De afgelopen jaren heeft een verscherping van de staatscontroles bovendien geleid tot tijdelijke of definitieve sluiting van chemiebedrijven. De impact op de toeleveringsketens daarvan was al vóór de coronapandemie aanwezig en is nog steeds voelbaar. De situatie wordt verergerd door een wereldwijd containertekort, volgeboekte vrachtschepen, overbelaste havens en de tijdelijke sluiting van centrale havens als gevolg van corona-uitbraken, waardoor de transportkosten van Azië naar Europa sterk zijn gestegen.
Minder olie op de markt
Het overgrote deel van de basischemicaliën die bij de productie van coating- en verfgrondstoffen worden gebruikt, wordt gewonnen uit ruwe olie en aardgas. Dat betekent dat de beschikbaarheid staat en valt met de productie en raffinage van ruwe olie. De corona-situatie heeft geleid tot een relatief lage raffinage-output, een factor die op zijn beurt heeft bijgedragen aan het algemene tekort aan grondstoffen. Lagere olieprijzen als gevolg van de coronapandemie en productieverlagingen door OPEC hebben geleid tot dalende exportinkomsten in de Golfstaten. Het verminderen van de productievolumes moest de ineenstorting stabiliseren, maar veroorzaakte ook tekorten.
Uit gegevens van Apple blijkt dat de mobiliteit begin 2021 weer flink toenam in Europa, Groot-Brittannië en de VS, maar de olieproductie bleef in deze periode laag. De OPEC kampt bovendien met andere uitdagingen zoals seizoensgebonden vraaguitval, een gedeeltelijke afname van strategische reserves in sommige landen en vraagonzekerheid door van het coronavirus dat nog steeds aanwezig blijft. Minder olie op de markt leidt onverwijld tot tekorten in de chemische nijverheid die de noodzakelijke grondstoffen, onder meer voor de verfindustrie niet (op tijd) kunnen produceren.
Arctisch koudefront
De term 'overmacht' wordt vaak gebruikt om ongebruikelijke, schadelijke gebeurtenissen te beschrijven die een leverancier verhindert om een contract na te komen. Eén van de problemen dook op toen de helft van de Amerikaanse staten vorig jaar werden getroffen door een arctisch koudefront. In Texas, waar extreme koude zeer uitzonderlijk is, werden temperaturen tot -39 °C genoteerd met als gevolg dat meer dan 70 chemische fabrieken de deuren moesten sluiten. De beschikbaarheid van grondstoffen werd daardoor sterk belemmerd, vooral in het geval van ethyleen en propyleen, die als grondstof dienen voor de meeste andere basisbouwstenen voor de verfindustrie.
De impact op de wereldmarkt was buitensporig groot en duurt tot op de dag van vandaag voort. Op een jaar tijd stegen de gemiddelde prijzen in Europa voor oplosmiddelen met 42-63 % en voor bindmiddelen met 20-45 %.
Het moderne goud
Als gevolg van de wereldwijde consolidatie (lees: het financieel samenvoegen van bedrijven) van de titaandioxide-industrie en een strategische verandering in het prijsbeleid van de leidende fabrikanten, zijn de prijzen voor titaandioxide (TiO2) sinds 2016 continu gestegen. Hier speelt niet zozeer een tekort een rol, maar het feit dat de titaandioxide-industrie de sterke afhankelijkheid van de verfindustrie van titanium heeft vastgesteld en doelbewust streeft naar een hoog rendement voor zijn aandeelhouders. Vooral kleinere bedrijven zijn het slachtoffer en moeten 25 tot 35 % hogere prijzen betalen dan de grote bedrijven die ook zelf diep in de buidel moeten tasten om de belangrijke grondstof aan te kopen.
De titaandioxide-industrie bevindt zich in een machtspositie wat betreft de toewijzing van haar producten en wil, onder het mom van leveringszekerheid, vooral met de grote klanten langetermijncontracten afsluiten. Veel van die grote namen gaan daarin zeer ver (en betalen dus hoge sommen) om de toevoer van titaniumdioxide veilig te stellen. Voor de verfindustrie, die voornamelijk uit kmo's bestaat, brengt dit grote risico's met zich mee, zowel wat betreft de toeleveringsketen als de enorm hoge prijzen. Kleinere, prijsgevoelige bedrijven stelden hun hoop op het voornemen van Chinese titaandioxideproducenten om hun productiecapaciteit te vergroten, maar de realiteit leert ons dat ook die Chinese bedrijven geconfronteerd worden met enerzijds hoge kosten en anderzijds een hoge binnenlandse vraag.
Zolang de vraag in China hoog blijft, zijn prijsverlagingen en een groter exportaandeel niet te verwachten. Multinationals hebben er ook geen belang bij om de capaciteit op te schroeven, aangezien dat hun aandelenkoersen negatief kan beïnvloeden. Bovendien staan ook de producenten van titaandioxide zelf onder een zekere kostendruk. De snelle stijging van de wereldmarktprijzen voor chloor, titaniumertsen, de hogere kosten van container- en bulkvracht en veel hogere energieprijzen zullen helaas alleen leiden tot verdere prijsstijgingen en een verdere marktconsolidatie in de coatingindustrie.
Wat nu?
De oorzaken van de tekorten en de stijging van de grondstofprijzen zijn bijgevolg zeer complex. Het is vooral een combinatie van een sterkere marktvraag, fabriekssluitingen door stormen en onderhoud, havensluitingen door corona-uitbraken, tekorten aan zeecontainers en zeeschepen, extreme stijgingen van vrachtkosten, tekorten aan vrachtwagens en chauffeurs, een lagere olieproductie en de snelle heropleving na corona van de Chinese en, in het kielzog daarvan, de wereldeconomie. Voeg daar de situatie in Oekraïen aan toe en er is alle reden om aan te nemen dat de energieprijzen voor kolen, olie en gas zullen blijven stijgen. De afhankelijkheid van de EU van grondstoffen uit het buitenland is zelfs nog verder toegenomen. Klimaatverandering zorgt daarnaast voor extra onzekerheid, waarbij extreme weersomstandigheden steeds gewoner worden en leveringsproblemen waarschijnlijk vaker zullen voorkomen dan voorheen.
Jorge Prieto besluit zijn relaas met de conclusie dat de grondstoffensituatie in de verfindustrie tot nieuwe formuleringen en herformuleringen zal leiden. De herstructurering van het productportfolio ten gunste van biobased en duurzamere producten en CO2-neutrale productie zal de komende jaren vaak op de agenda staan, niet in het minst dankzij de ‘European Green Deal’. Productontwikkelingsafdelingen zullen hun keuze voor basisgrondstoffen steeds meer baseren op hun ecologische voetafdruk en duurzaamheid.
Europa moet relatief snel conclusies trekken uit de lessen die de pandemie ons heeft geleerd en moet een duidelijke, op de EU gebaseerde ‘Raw Materials and Recycling Strategy 2030’ formuleren, ondersteund door passende maatregelen. Europa, en de coatingindustrie in het bijzonder, hebben een sterkere chemische industrie nodig die onafhankelijker is van Azië en de VS.
Snel dit artikel gratis lezen?
Maak eenvoudig en gratis een account aan.
-
Lees elke maand een aantal plus-artikels gratis
-
Kies zelf welke artikels je wil lezen
-
Blijf op de hoogte via onze nieuwsbrief