Amper 5% van de arbeiders in orde met elektronische conrolekaart
De tijd dringt
Arbeiders kunnen al sinds 1 september 2023 overschakelen op de elektronische versie. Uit onderzoek van Bouwunie, twee maanden voor de start, blijkt dat slechts 7.364 van de 135.012 bouwvakarbeiders een elektronische dopkaart gebruikt. Dat is amper 5,5%. “De tijd dringt”, waarschuwt Bouwunie-topman Jean-Pierre Waeytens. “De winter staat voor de deur. En laat net dit het seizoen zijn waarin gemiddeld meer bouwvakarbeiders tijdelijk werkloos zijn omwille van het slechte weer. Als ruim 127.000 bouwvakarbeiders en masse nog moeten overschakelen naar de elektronische versie, dan verwachten we grote problemen. Mogelijks met gevolgen voor de tijdige uitbetaling van de tijdelijke werkloosheid.”
Duidelijkheid gevraagd
De RVA had een overgangsperiode van zes maanden aangekondigd, maar over het wat en hoe is nog steeds niets bekend. Hoewel het niet de werkgever, maar de werknemer is die de nodige stappen moet zetten naar de elektronische versie, maken de werkgevers zich wel zorgen. Kmo-werkgevers zijn begaan met hun arbeiders. Als zij problemen hebben met de dopkaart, komt dat toch op hun bureau terecht. “Natuurlijk zullen ze alles doen om hun arbeiders te helpen, maar dat betekent dus wel meer werk voor hen ook”, aldus Waeytens. Zeker buitenlandse arbeiders die rechtstreeks in dienst zijn bij kmo-bouwwerkgevers – en in de bouw werken heel wat buitenlanders - ondervinden problemen met de elektronische versie. Bouwunie vraagt dringend duidelijkheid over de overgangsperiode en pleit meteen voor een latere invoegetredingsdatum en een verlenging van die overgangsperiode. “Zodat de grote meerderheid van de arbeiders meer tijd krijgen om over te schakelen van de papieren naar de elektronische dopkaart”. Naast een uitstel om volledig over te schakelen naar de elektronische versie, roept Bouwunie de RVA op om het nodige begrip voor beginnersfouten of rechtzettingen te tonen, alsook de nodige soepelheid aan de dag te leggen tijdens de eerste maanden van 2025.
Niet iedereen heeft een smartphone
Onwetendheid is zeker een reden voor het lage cijfer. Veel bouwvakarbeiders zijn zich niet bewust van de verplichting om over te schakelen naar een elektronische dopkaart. Maar af en toe duiken ook praktische problemen op. Vooral bij buitenlandse arbeiders. Zo heb je om in te loggen Itsme of een Belgische eID nodig, iets wat niet alle buitenlanders hebben. Je kan dan wel inloggen via een token, maar het is voor hen niet altijd duidelijk hoe ze zo’n token moeten aanvragen. Daarnaast kan je je de vraag stellen of het wel kan dat de overheid oplegt om uitsluitend elektronisch te werken, rekening houdend dat nog maar amper 5,5% al hiermee vertrouwd is. Dan verwacht je van elke bouwvakarbeider dat die ofwel over een smartphone (app) ofwel over een computer beschikt. Anno 2024 zal dat in veel gevallen inderdaad wel zo zijn, maar er zijn toch nog arbeiders die bijvoorbeeld geen smartphone hebben. Ten slotte moet een arbeider bij controle van de sociale inspectie op de werf zijn ingevulde dopkaart kunnen tonen. Dat veronderstelt dan weer dat je die elektronisch bij hebt en kan oproepen (internet). Wat op een werf ook minder evident is. “Digitaliseren is goed, zeer goed zelfs, maar het moet haalbaar en praktisch blijven. Tot slot kan het ook niet de bedoeling zijn dat elke arbeider er nu van uitgaat dat een smartphone een extralegaal voordeel in zijn loonpakket zal zijn”, besluit Waeytens.