Alex Flamant: "De modewereld blijft een belangrijke inspiratiebron voor de decoratiewereld"
Enkele jaren geleden werd Flamant overgenomen. Een geslaagde zet, maar toen kwam COVID-19 langs. Hoe zijn jullie daarmee omgegaan?
“De pandemie heeft ervoor gezorgd dat veel mensen het belang van ‘thuis’ terug hebben ingezien. Mijn huis, mijn nest, mijn cocon, mijn ‘home’, … De internetverkoop heeft meegeholpen om die lastige periode te doorworstelen - dat moeten we durven toegeven - hoewel ik persoonlijk nooit een echte voorstander van online verkoop ben geweest. Wij verkopen interieurproducten die je moet voelen, die je moet kunnen aanraken, die je moet kunnen ‘beleven’. Toch hebben we gezien dat de eindconsument ons het vertrouwen heeft gegeven en via internet aankopen heeft gedaan. Toen de winkels heropenden, hebben de mensen vrij snel de weg naar de fysieke verkooppunten teruggevonden. We zijn allemaal blij dat we geen masker meer hoeven te dragen. De glimlach en de expressie op de gezichten van de mensen in de winkel kunnen zien, is en blijft heel belangrijk.”
De gevolgen van de pandemie zijn nog steeds voelbaar. Wereldwijd zijn er aanhoudende leveringsproblemen. Sommige materialen zijn nog amper te vinden, laat staan aan betaalbare prijzen. En daar is ondertussen ook nog eens een oorlog bijgekomen.
“Je kan daar uren over palaveren, maar de realiteit is wat ze is en het is aan ons om daar mee om te gaan. Er zijn schepen die twee jaar geleden geladen zijn en nog steeds hun bestemming niet hebben bereikt. We merken nu duidelijk dat de afhankelijkheid van Azië een probleem is voor Europa. Huishoudtoestellen bijvoorbeeld zijn steeds lastiger te krijgen en keukenbouwers komen in de problemen. De levertijden van sommige elektronische componenten zijn hallucinant lang. De grootste staalfabriek van Europa bevindt zich in Marioepol in Oekraïne en die ligt momenteel volledig plat ... Wij maken onze eigen verf en werken met testers om de mensen toe te laten staaltjes uit te zetten om de juiste kleur voor hun interieur te bepalen. Die verf steekt in kleine potjes die nog amper te vinden zijn. Daar moeten we mee leren leven en we moeten zeer creatief zijn – en dat zijn we voor alle duidelijkheid ook – om daar oplossingen voor te vinden. Een groot voordeel is dat wij vooral met artisanale producten werken die op een ambachtelijke manier worden vervaardigd. In de meeste gevallen is dat zelfs volledig handwerk. We werken niet met fabrieken, op een paar uitzonderingen na, die voor een aanzienlijk deel van hun productie afhankelijk zijn van energie. En wie veel energie verbruikt, ziet zich geconfronteerd met prijzen die pijlsnel de hoogte ingaan. Glaswerk bijvoorbeeld wordt een flink pak duurder omdat die ovens op gas werken en sowieso al dag en nacht moeten draaien om rendabel te zijn. Ondertussen swingen de loonkosten overal de pan uit. Producten zullen duurder worden, dat is nu al het geval, maar het eind is nog lang niet in zicht. De consument zal dat uiteindelijk willens nillens moeten aanvaarden. Wij doen ons uiterste best om dat het hoofd te bieden want we willen vanzelfsprekend de mensen topkwaliteit én nieuwe creaties blijven bieden aan aanvaardbare prijzen.
Eén van jullie stokpaardjes is dat nieuw en vernieuwend hand in hand moeten gaan. Hoe concretiseert zich dat?
“Dat klopt, maar eerst en vooral wil ik beklemtonen dat de klassiekers vanzelfsprekend aanwezig blijven, maar dat vullen wij, net als onze collega’s/concurrenten aan met hedendaagse producten. Of we brengen de klassiekers op een andere manier, in een ander kleedje en in een andere kleur. Wij hebben altijd voor een eerder monochroom programma gekozen. Dat blijft belangrijk, maar we zien de trends voor 2023 richting kleur evolueren, dus zetten we nu ook volop in op kleur. In de modewereld is dat al langer het geval, daar zitten ze veel korter op de bal. Mensen zien dat allemaal op tv en in de bladen en willen dat ook doorgetrokken zien in de interieurwereld. Voor de decoratiewereld blijft de modewereld een belangrijke inspiratiebron.”
Het is jullie missie de mensen een mooi interieur te bezorgen met aandacht voor het product zelf, maar ook en vooral voor de totale beleving. Hoe pakken jullie dat precies aan?
“Je kan een tafel dekken met het duurste porselein en toch is die tafel niet aantrekkelijk. Voeg daar echter de juiste decoratie en sfeerbeleving aan toe en het resultaat is helemaal anders en spreekt meteen aan. Voor ons is het een kwestie de mensen zoveel mogelijk bij te staan en ideeën te geven. We hebben in die optiek onze projectafdeling die gericht advies geeft. Dat kan rechtstreeks aan de particulier zijn, alhoewel we onze producten via dealers en speciaalzaken verkopen, maar ook aan de vakman die met onze materialen werkt. Hebben ze vragen op vlak van kleur, verf en wandbekleding of algemene decoratie, dan proberen wij daar vanuit onze ervaring en correct antwoord op te geven. Een cruciaal element daarbij is na te gaan hoe de mensen die hun interieur willen veranderen precies leven. Dat is iets dat elke professional in onze sector zou moeten doen. Hoe ziet hun dagelijkse routine eruit? Hoe is het gezin samengesteld? Je mag dan heel graag witte zetels of helderwitte muren zien, als er een paar kleine rakkers rondlopen kan en zal dat voor stresssituaties zorgen. Het is superbelangrijk om naar de klant te luisteren om in elke situatie de juiste keuze aan te kunnen raden. Je moet uiteraard respect hebben voor de dingen, maar per slot van rekening leef je dagelijks in een huis dat je ‘thuis’ moet zijn en niet in een museum. Klanten verwijzen vaak naar magazines of websites waar foto’s te zien zijn van interieurs die heel mooi ogen, maar waarvan je zo weet dat het niet leefbaar is. Je moet altijd vanuit het idee vertrekken om het zo huiselijk mogelijk te maken en een mooie, maar wél leefbare omgeving creëren.”
Mensen zijn eenmaal de coronamaatregelen teruggeschroefd werden, teruggekeerd naar de fysieke decoratiewinkel. Maar ze hebben ook de wereld van de e-commerce leren kennen. Bestaat dan niet het gevaar dat de sector het online-verhaal nu uit het oog verliest. En is dat nu net niet de winkel van de toekomst?
“De winkel van de toekomst is geen kwestie van of – of, maar van en – en. Persoonlijk denk ik dat beide kanalen perfect compatibel zijn. De mensen zullen blijven naar de winkel komen om de producten met eigen ogen te zien en aan te raken. Decoratie, meubelen, gordijnen, … vaak gaat het om ‘tactiele’ producten die de klant wil voelen en fysiek zien. Aansluitend hebben ze dan de luxe om thuis via de website te bestellen. Er moet dan uiteraard wel een up to date website zijn en die moet ook nog eens dag na dag opgevolgd worden. Of dat altijd zo gaat, kunnen we niet met zekerheid zeggen, maar we merken wel dat er op maandag altijd een verhoogde activiteit is op de website. Dat zijn dan wellicht mensen die tijdens het voorbije weekend in de winkel geweest zijn want veel van onze verdeelpunten zijn open op zaterdag en zondag. En dan zien ze iets, denken er nog even over na en bestellen dat de maandag op internet.”
Hoe stelt Flamant een nieuwe collectie samen? Volgen de medewerkers internationale trends of bepalen zij net mee die trends?
“Ook hier is het een verhaal dat beide opties samenvoegt. We zijn creatief, maar kijken natuurlijk ook hoe de markt evolueert. We bezoeken beurzen en lezen gespecialiseerde magazines, maar kijken ook wat er gebeurt op televisie, in de filmwereld en zelfs in de muziekscene. We volgen zoals eerder gezegd ook de modewereld op de voet. En dat is heus geen eenrichtingsverkeer. De modewereld is belangrijk voor ons, maar wij zijn ook belangrijk voor de modewereld. Er is een constante interactie.”
Er wordt ook in de decoratiesector steeds vaker verwezen naar ‘de natuur’. Is dat echt zo belangrijk als trendwatchers ons willen doen geloven?
“Dat is het zeker! De natuur is en blijft een cruciale inspiratiebron, alleen al voor de kleuren en natuurlijk de materialen zelf. Ik denk dat wij ook mogen zeggen dat wij in onze sector het geluk hebben met seizoenen te kunnen werken. We sakkeren weleens als het regent of koud is, maar het zijn net die seizoenen die voor een bepaalde sfeer in huis zorgen en mee het interieur en de beleving daarvan bepalen. Vandaar dat wij ons aanbod ook na al die jaren blijven indelen en een herfst/wintercollectie en een lente/zomercollectie. Het interieur aanpassen hoeft niet altijd drastisch te zijn. Het kan ook perfect met kleine decoratieve ingrepen, bijvoorbeeld de kleur van een lampenkap: kies voor een witte of beige lampenkap in de zomer en een donkerbruine of zwarte in de winter. Of een leuk tafeltje hier en een nieuw accessoire daar. Dat zal het interieur een andere touch geven.”
Een trend die vandaag sterk aanwezig is en zelfs nog aan belang wint, is het gebruik van recuperatiemateriaal, bijvoorbeeld oud hout.
“We willen met z’n allen verspilling tegengaan, maar er is ook een hang naar het verleden, noem het een soort retro-gevoel. Dingen hoeven er niet ongebruikt of brandnieuw uit te zien. Soms vergt het zelfs een inspanning om onze ambachtslui ervan te overtuigen dat we geen perfect gladde nieuwe eiken tafel of stoel willen omdat net die oude materialen meer karakter hebben. Wij noemen dat ‘the beauty of imperfection’ en dat is inderdaad een trend die vandaag meer en meer ingang vindt. Een andere evolutie in het interieur is het wegvallen van bepaalde indelingen. In veel huizen is de keuken tegenwoordig geïntegreerd in het leef – en zelfs woongedeelte. Vroeger was dat allemaal gescheiden. Je had de eetplaats, de living, de keuken, de badkamer, … Het letterlijk wegvallen van scheidingswanden beïnvloedt het interieur en daar moeten wij dus ook rekening mee houden. Ook verlichting is belangrijk en niet te vergeten: kunst in het interieur. Denk aan een mooi, groot schilderij, zelfs in een kleine ruimte past dat. Je merkt vandaag de dag ook een toenemend gebruik van donkere kleuren om het allemaal net iets intiemer te maken. Onze mensen weten dat en nemen dat op in hun creatieve input om nieuwe collecties te ontwerpen. Daarbij komt ook nog dat we het grote geluk hebben om te kunnen werken met ambachtslui van over de hele wereld. Keramiek uit Portugal, glaswerk uit Polen, een ambachtelijk meubelatelier in Indonesië of Vietnam, enorme boerderijen in het voormalige Oostblok die nu op instorten staan en waar een schat aan hout terug te vinden is, … Het is heel inspirerend om met al die mensen samen te kunnen werken. In normale tijden reizen we de wereld over om ideeën op te doen. Door de pandemie was dat niet mogelijk, maar gelukkig is dat nu allemaal terug in orde, al blijft de situatie in bepaalde delen van de wereld zorgen baren en swingen ook de reiskosten uit de pan.”
Snel dit artikel gratis lezen?
Maak eenvoudig en gratis een account aan.
-
Lees elke maand een aantal plus-artikels gratis
-
Kies zelf welke artikels je wil lezen
-
Blijf op de hoogte via onze nieuwsbrief