Natuurlijke pleisters blijven gegeerde afwerkingen – deel 2: tadelakt en leem
Zeer bewerkelijk proces
Tadelakt wordt gebruikt om riads (Marokkaanse huizen en paleizen met binnentuinen) te renoveren. In het Arabisch betekent tadelakt ruwweg "kneden" of "wrijven". Het traditionele aanbrengen van tadelakt is een zeer bewerkelijk proces. Kalkpoeder wordt 12 tot 15 uur in water gemengd met kiezelzuur of marmerzand voordat het pigment wordt toegevoegd. Nadat het in verschillende lagen (tot zeven à acht keer) op de muren is aangebracht, wordt het gepolijst met een steen die harder is dan het pleisterwerk en vervolgens verzegeld met olijfoliezeep. Als tadelakt op de juiste manier wordt aangebracht, wordt het net zo glad als natuursteen en straalt warmte uit met een satijnen glans.
Verschil met Venetiaans
Beide afwerkingen hebben gemeenschappelijke kenmerken. Ze zijn beiden gemaakt op kalkbasis en passen goed bij een klassieke stijl vanwege hun strakke, ingetogen uitstraling. Ze kunnen lang meegaan bij regelmatig onderhoud. Het verschil schuilt in de manier waarop beide worden geappliqueerd. Tadelakt vergt echter meerdere lagen (tot acht). Gezien het sterk waterafstotende effect vinden we het bijna uitsluitend in natte ruimten zoals badkamers en keukens, maar het kan ook elders, bijvoorbeeld als accentmuur. Als men in die ruimtes geen tegels wil, is tadelakt een perfect alternatief. Beide afwerkingen werken het beste op poreuze oppervlakken die enige zuiging bieden om de hechting te bevorderen.
Leempleister
Leempleister bestaat hoofdzakelijk uit zand, leem en klei (en eventueel stro). Kalkpleister in zijn natuurlijke vorm bestaat uit zand en kalk of kalksteen. Beide zijn minerale pleisters die met water worden gemengd. Leembepleistering bevat, net als kalk, geen schadelijke stoffen en is chemisch neutraal. Leem en kalk zijn beiden dampdoorlatend en geschikt voor dampopen bebouwing.
Leem heeft een sterk vochtregulerende vermogen doordat het vocht kan bufferen. Wanneer de binnenlucht droger wordt, zal de leem het opgenomen vocht geleidelijk weer afstaan. Hoe dikker de leemlaag, hoe hoger het vochtregulerende vermogen. Leem is echter niet geschikt voor vochtige ruimtes zoals badkamers. Leem slaat wel gemakkelijk warmte op. Wanneer de temperatuur daalt, zal het de warmte vrijgeven (ideaal dus voor muren met muurverwarming). Leempleister is door haar poreuze structuur niet zo sterk als de meeste andere pleisters en minder bestand tegen mechanische belastingen. Met kalk is meer mogelijk qua structuur: deze kan grover gezet worden, geborsteld of glad gepolierd. Kalk is iets arbeidsintensiever, dus ook iets duurder dan leem. Het wordt harder dan leem, maar is dan weer iets moeilijker te herstellen indien er schade optreedt. Kalk komt voor in allerlei kleuren, de kleuren kunnen ook zeer intens gemaakt worden, meer dan bij leem.
Twee lagen
Volledige leembepleistering bestaat uit twee lagen. Op de onafgewerkte muur brengt men eerst een basislaag aan, ‘bruinleem’ genaamd. Zuivere leem is echter gevoelig voor barsten. Daarom wordt leem doorgaans gemengd met stro, waardoor scheurvorming beperkt blijft. Afhankelijk van ondergrond of toepassing, is het aan te raden een wapeningsnet te gebruiken. Op zich is de basislaag voldoende, maar een fijnere afwerking van je muren doe je door een leemfinish aan te brengen. Het is deze leempleister die met natuurlijke pigmenten wordt gekleurd. Pigmenten voor leempleister zijn bijna altijd van natuurlijke oorsprong en niet giftig. In tegenstelling tot kalk is de kleurkeuze beperkter en minder intensief. Eventueel kan een laag verf aangebracht worden over de leemfinish waardoor er meer kleurkeuze is. Gebruik wel waterdampdoorlatende verven zoals leemverf, silicaatverf of kalkverf om de waterdampdoorlaatbaarheid van de leembepleistering zelf niet verloren te laten gaan.
Snel dit artikel gratis lezen?
Maak eenvoudig en gratis een account aan.
-
Lees elke maand een aantal plus-artikels gratis
-
Kies zelf welke artikels je wil lezen
-
Blijf op de hoogte via onze nieuwsbrief